donderdag 1 oktober 2015

Het niets ontziende realisme

Mijn gedachten dwalen af naar de kunstenaar wiens werk mij soms confronteert tot op het bot. Af en toe zoek ik het op. Dan bezoek ik musea waar haar werk tentoongesteld wordt. Onder andere de geschilderde portretten. Geen karikaturen. Soms word ik onverwacht geconfronteerd. Zoals een aantal jaren terug. Teken- en schildercursussen. Afwisselend diverse technieken, vormen. De opdracht van die week: zet jezelf op papier à la Charley Toorop. Ik deed en schrok. Van het resultaat. Deze expressieve manier van schilderen beeldt namelijk niets anders uit dan de realiteit. Het werk ligt vanaf dat moment op zolder. Toch heb ik het vandaag weer tevoorschijn gehaald. Aanleiding? Mijn ontmoeting met karakterfotograaf Alex Vreeman.

Eerst zag ik hem. Middelgrote man. Normaal, tot slank postuur. Blond haar. Open houding, toegankelijk. Ogen nieuwsgierig en indringend. Achter een bril. Daarna sprak hij. Dynamisch. Op het podium van de Stadsgehoorzaal in Kampen. Over zijn 'drive', het fotograferen van mensen, portretten. Of, zoals hij zelf zegt, karakters. Over het 'pakken' van momenten. Hét moment waarop de unieke mens voor de camera totaal zichzelf is. Zoals die gezien wordt door de ander. Dát karakter legt hij vast. Op dat moment. Met die ene druk op de knop. Zien. De ander? Of zichzelf? Mezelf? Lastig voor iemand zoals ik. Die op zoek is. Aan het dobberen zelfs. Maar ik wil niet te lang in dat bootje blijven. Ik wil schitteren. Er zijn. Mezelf zijn. Met twee benen stevig geaard. Ik. Dus. Ik nodig mensen uit, laat me uitnodigen om via hen een tipje van mijn eigen sluier op te kunnen lichten. Ik wil mensen ontmoeten. Energieke, creatieve en positieve mensen. Mensen waar ik nieuwsgierig naar ben. Delen. Elkaar verrijken. Een paar dagen later leg ik opnieuw contact met Alex en vraag of hij ons gesprek op een ander moment wil voortzetten. Na een positieve reactie rijd ik, weer een week verder, dan ook richting de Achterhoek, werk- en woonplaats van Alex.

Koffie aan een lange witte tafel in het voorste gedeelte van het woon- cq werkhuis. "We gaan hier zitten, hier is het licht, dan zien we elkaar!" Er hangt werk van Alex. Portretten. Uiteraard. Gezichten die me aankijken. Er zijn. Er horen te zijn. Alsof deelgenoot van het gesprek. Koffie, samen met partner en zoon. Aftasten in hartelijkheid. Opnieuw vertelt Alex over zijn drang en passie om het karakter vast te leggen: "Ik wil de ontmoeting onthouden door het moment te pakken waarop de mens zichzelf herkent. Dat kan pas in een gesprek waarin we op zoek zijn naar gedeelde passie. Er zijn in het gesprek altijd momenten waarop de ander en ik iets delen. Dat moment is ons moment. Ik focus me op dat gedeelte waarop we ons beide comfortabel voelen. De ander laat zich zien en ik herken. Dé klik. Dé druk op de knop. En 99% kiest uiteindelijk juist die ene foto. Van dat unieke moment. Waarop de persoon totaal zichzelf was."

Een klik. Altijd?
Alex: "Ik geloof in de goedheid van de mens. Ik geloof in de ‘zuivere ik'. Ieder mens wordt met een goed hart geboren. Dan is er in een ontmoeting dus altijd een moment waarop het klikt. Soms een megaklik, soms minimaal. Altijd is er 'iets'. Een dilemma ontstaat op het moment dat een klik niet mogelijk is. Beter: niet wenselijk is. Er zijn helaas ook extremen. Die zijn zo ziek. Misdadigers. Mensen die vanuit die invalshoek grenzen over gaan. IS, oorlogen, afslachten. Ik kan er niet mee uit de voeten. Die kan ik niet fotograferen. Er zijn fotografen die het wel kunnen. Die bewonder ik zeer. Zij zijn wel in staat om de mensheid te confronteren. Via het oog van de misdadiger inzage geven in verderf. Vaak vraag ik me af welke foto ik zou moeten maken om te laten zien wat we met elkaar aan het doen zijn. Hoe verwoestend en desastreus. Dat confronterende beeld vastleggen. Dit soort beelden kunnen enorme prijzen opleveren. Maar voor die ene foto, die alles vastlegt, hoef ik geen prijs. Eigen gewin halen over leed hoeft voor mij niet. Let wel; die foto moet wél gemaakt worden. Zoals gezegd heb ik dus grote bewondering voor bijvoorbeeld de fotograaf die het aangespoelde jongetje fotografeerde. Dat beeld zet de mensheid aan tot nadenken, creëert in dit recente voorbeeld begrip voor vluchtelingen. Waarom leren we niet als mens? De geschiedenis blijft zich herhalen. Voortplanten, eten, vangen en ondertussen maken we elkaar af? Om wat?" En toch vind je ieder mens mooi? "Er bestaan geen lelijke mensen, wel lelijk gedrag."

De verkeerde vraag?
En dan zit 'de persoon' in je studio. Op die stoel, op die kruk, tegen die specifieke achtergrond. In dat licht. 'Naakt' voor de camera. Alex achter zijn camera. De persoon in kwestie mogelijk wat ongemakkelijk? Alex: "Ons levenspad vormt ons allemaal. Ongeacht leeftijd. Ik probeer mensen los te trekken van dat pad en de 'zuiverste ik' te treffen, vast te leggen." Dat klinkt als psychologie van de 'kouwe grond'. 'Ja! Juist!’, roept Alex en vervolgt: "Niet wetenschappelijk onderbouwd, maar hét gesprek. Soms is het juist de ene vraag - die ik misschien beter niet had kunnen stellen - die een opening biedt in hoe de persoon daadwerkelijk is. Een vraag die ik intuïtief stel. Eén waar ik me niet van bewust ben. Eén die een wending aan de setting geeft, waardoor het gesprek intenser wordt. Omdat de persoon geraakt wordt door die vraag. Soms besef ik me dat het niet aan mij is om die vraag te stellen. Het is namelijk niet mijn bedoeling om een gat te creëren. In geval van een klik en een goed gesprek, in combinatie met die kwetsbaarheid, wél perfect voor die ene foto. Want de geraaktheid van de ander raakt mij. Dat maakt het beeld compleet. Omdat het aanzet tot nadenken."

Al pratend en filosoferend nadert lunchtijd. Ik mag bij het gezin aanschuiven. Voel me opnieuw welkom. Ook dit keer een ruime tafel. Een andere. Deze is van hout. En bruin. En staat midden in de werkomgeving van Alex. Daarop feestelijk en uitnodigend vers brood en dito vleeswaren. We zetten het gesprek tussen de boterhammen voort.

Shoot?
Vanuit het niets ineens daar de opmerking: "Ik zet jou straks ook voor de camera…" Ik? Nee. Echt niet. Ik kom voor Alex's verhaal, zijn passie wil ik graag horen. Daar wil ik over schrijven. Niet om over mij, mijn onzekerheden, 'gedobber' en zoektocht te praten. Daar wil ik het allemaal niet over hebben. En al helemaal niet voor de camera. Toch. Zit daar de kracht. Daar zit onze klik. Alex zocht namelijk ook. Eens. Hij vond. Zijn passie. Na een burn-out. Jaren terug. Die hem bracht tot waar hij nu is. "Kunstenaars vechten tegen zichzelf. Omdat ze de wereld niet begrijpen! Zelf niet begrepen worden", en vervolgt adviserend: "Focus! Op datgene waar je hart ligt, op waar je dan vanzelf goed in bent of anders wordt. Soms voelt het als een slapend DNA, maar iedereen draagt creativiteit en talent bij zich. Jaren fotografeerde ik voor de setting mooi gemaakte situaties en mensen. De buitenkant fotografeerde ik. Ik miste de puurheid. Mijn burn-out heeft mij in ieder geval wakker geschud. Ik heb mijn passie gevonden in deze vorm van fotograferen."

En terwijl ik toch vertel over wat mij raakt, waar mijn hart ligt, stelt Alex ongemerkt statief en camera tegenover mij op. Hoewel? Ongemerkt? Natuurlijk voel ik me even iets ongemakkelijk. Helemaal wanneer ik hoor wanneer hij op dé knop drukt. Eventjes maar, want het klopt wat Alex eerder die dag vertelde. Het gesprek zetten we dan ook voort. Ben ik eenmaal over de drempel heen, dan de fotosessie ook. Maar nu in zijn andere studio, die met prachtig daglicht. Die waar mijn emoties, zowel positief als negatief nóg beter tot zijn recht komen. Hij legt ze vast. Wanneer ik het resultaat zie, ben ik blij. Want ik zie mezelf zoals anderen mij zien. Confronterend? A la Charley? Ja, maar dan anders. Alex vond een vorm voor mijn verhaal en legde tegelijkertijd onze klik vast. 

Een ontmoeting om te onthouden.


'Is de natuurlijke verschijning de werkelijkheid’, vroeg Charley Toorop zich al in 1917 af, 'of is aan haar vorm alleen te betasten het meest onwerkelijke dat voor ons verschijnt? Dit onwerkelijke, wat het meest werkelijke is.'

Voor meer informatie: Alex Vreeman